Algemeen
Het zijn bodemdieren die zowel op harde als zachte bodems voorkomen. Ook in brakwater is de zwarte grondel aan te treffen. Op de rug zitten twee rugvinnen die bijna zonder tussen ruimte, tegen elkaar staan. De eerste vin heeft 6 stralen en is bij de mannetjes duidelijk hoger. Bij het indruk maken op vrouwtjes of om indringers van hun territorium te verjagen, zetten de mannetjes deze rugvin recht overeind. Paaitijd is in het voorjaar waarna de eitjes in holletjes of lege schelpen worden afgezet. Het mannetje zal de eitjes bewaken totdat ze uitomen. Zijn voedsel bestaat uit diverse kleine ongewervelden.

Afmetingen
Deze grondels kunnen rond 170 mm lang worden.

Kleur
Grijsbruin met donker bruine vlekken. In de paaitijd worden de mannetjes heel donker tot zwart van kleur.

Habitat
Vanaf enkele meters diepte tot zo'n 75 meter diepte voorkomend. Op diverse ondergronden waar de mogelijkheid aanwezig is om zich snel te verstoppen.

Verspreiding
Noord Oostenlijke Atlantische oceaan van Noorwegen tot West Afrika, de Middellandse zee en de Zwarte zee.